Geen goede eerste indruk
Door: nickenlau
Blijf op de hoogte en volg Nick en Lau
29 Mei 2011 | Indonesië, Kuta
Ons vliegtuig vertrok van ‘Cairns’ om 12:30u. Voordat we op ‘Denpasar’ in ‘Bali’ zouden landen, maakten we nog één stop in ‘Darwin’, waar we moesten overstappen op een ander vliegtuig. Om 15:30u zaten we weer in de lucht, waarna we ‘Bali’ bereikten rond de klok van 17:30u. Van tevoren hadden we besloten om niet meteen na de landing met de rugzakken te gaan sjouwen. We waren ondertussen zo verwend met ‘Monster’ die al onze spullen droeg voor twee maanden lang, dat we langzaam weer de overgang wilde maken. Om die reden hadden we vanaf het vliegveld in ‘Cairns’ alvast een accommodatie geboekt in ‘Kuta’. Deze zouden ons gratis oppikken van het vliegveld, wat mooi meegenomen was. Ondanks dat het vliegticket zei dat we op ‘Denpasar’ vlogen, was ‘Kuta’ de stad die het meest dichtbij lag. Dit was eigenlijk de voornaamste reden dat we voor ‘Kuta’ hadden gekozen. Eenmaal uit het toestel, gingen we op weg naar de bagageband voor onze tassen en daar werden we er al aan herinnerd dat we weer in ‘Azië’ waren. Onze rugzakken maakten namelijk al lang niet meer hun ronde op de lopende band. Nee, iemand had ze er al vanaf gehaald en was demonstratief naast de tas gaan staan. Toen beide mannen eenmaal door hadden dat het onze tassen waren, pakten ze ze op om naar de uitgang te brengen. We wisten natuurlijk waar dit naar toeging en daarom hebben we de mannen zo vriendelijk mogelijk bedankt voor het dragen, maar we namen het wel over vanaf hier. Lichtelijk teleurgesteld lieten ze onze tassen los, waarna we ons naar de uitgang hebben begeven. Eenmaal buiten stonden er werkelijk honderden taxi-chauffeurs die ons wel een lift wilde geven. Eén van hun hield echter een bord met ‘Mr. Nick Waterman’ omhoog. Dat moest onze pick-up zijn! We werden vriendelijk welkom geheten op ‘Bali’ en vervolgens in een Mitsubishi busje geladen. Minuten later waren we op weg naar ‘Hotel Sorga’ in het centrum van ‘Kuta’. Onderweg naar het hotel reden we langs smalle straatjes, overladen met motorbikes en busjes, waar bewegen eerder wens dan actie was. Direct kwamen alle herinneringen aan onze eerder bestemmingen in ‘Azië’ weer terug. De hectiek, de armoe en de vuiligheid waren meer dan aanwezig. ‘Australië’ en ‘Indonesië’ worden slechts gescheiden door een zee, maar het zijn twee compleet andere werelden! Ondanks dat de rit op de kaart slechts enkele kilometers betrof, nam het door de immense drukte toch redelijk wat tijd in beslag. De chauffeur leerde ons onderweg enkele woorden Indonesisch en introduceerde de lokale gerechten. Eenmaal aangekomen bij het hotel werden we ontvangen met een welkomstdrankje, waarna we zijn ingecheckt. Het hotel had werkelijk een prachtige binnentuin met een zwembad. We kregen een kamer op de eerste verdieping met een balkon aan de kant van het zwembad. Ondanks dat de kamer wat uitgedragen oogde, was het een prima startadresje. De avond hebben we op aanraden van de receptioniste gegeten bij een tentje met goedkope, lokale gerechten. Het was weer genieten om alles te kunnen bestellen zonder je druk hoeven te maken om de prijzen. Het eten was werkelijk heerlijk en uiteindelijk rekenden we slechts 10 euro af terwijl we bijna uit elkaar ploften! De volgende dag hebben we gevraagd of we konden verhuizen naar een goedkopere kamer. Het enige verschil was namelijk dat er bij de één heet water was en bij de andere niet. Het was echter zo benauwd gedurende de dag dat je echt niet moest denken aan een warme douche! Het leek ons beter om dan maar wat geld te besparen. Nadat we ons uiteindelijk hadden ingetrokken in de nieuwe kamer, zijn we de straten van ‘Kuta’ gaan verkennen. Toen we eenmaal de hoek omgingen bij het hotel, barstte de heisa los. Overal werden namaak zonnenbrillen en telefoons aangeboden, het stikte van de souvenirwinkels en bijna elke man op straat wilde je wel vervoeren. Na de ‘rust’ van ‘Australië’ was het werkelijk om gek van te worden! We keken elkaar eens aan en onze gezichten zeiden genoeg: hier hadden we zeker geen zin in 1,5 maand lang! ‘Kuta’ stikt werkelijk van de Australiërs die ‘Bali’ als vakantieoord hebben gebombardeerd. Blijkbaar was men niet geïnteresseerd in de cultuur van het land, maar eerder in de drank en de mannen. Jammergenoeg heeft de lokale bevolking zich hieraan aangepast en bedient ze op hun wenken. Zo barst ‘Kuta’ van de bars waar constant happy hours zijn, lopen er veel (dronken) schreeuwende Australiërs over straat en lopen veel oudere vrouwen met jonge Indonesiërs. ‘Kuta’ staat namelijk bekend om haar gigolo’s en blijkbaar hebben veel vrouwen op leeftijd wel zin in zo’n jong snoepie! Het was een compleet andere wereld dan hetgeen wat we gezien hebben in andere Aziatische landen! Die dag hebben we dan ook besloten dat we hier niet nog langer wilde blijven. Het heeft namelijk werkelijk niets met ‘Indonesië’ te maken. De vergelijking met ‘Salou’ wordt weleens gemaakt en deze is niet geheel onterecht. In eerste instantie wilden we bij het immigratiekantoor nog proberen om ons visa te verlengen. Toen we op internet lazen dat het bij het vliegveld op ‘Bali’ vrij moeilijk en omslachtig is en ‘Lombok’ eigenlijk een beter keuze is, was de keuze snel gemaakt. Bij ‘Perama’, een lokaal busbedrijf, hebben we direct tickets geboekt naar ‘Ubud’. Dit artistieke en culturele dorpje trok ons namelijk een stuk meer dan hetgeen wat we hier hebben aangetroffen. Die avond vonden we bij geluk een heel klein lokaal tentje, waar we heerlijke ‘Soto Ayam’ en ‘Nasi Goreng’ hebben gegeten. Het was een kleine goedmaker voor het onverwachte wat we aantroffen op onze eerste bestemming. Onze volgende stop zal in ‘Ubud’ zijn en daar hopen we weer het mooie en pure van ‘Azië’ te ontdekken.
De (weinige) foto's zijn te vinden op:
https://picasaweb.google.com/113894730778458856833/IndonesieKutaBali?authkey=Gv1sRgCKqgm6jq9uLtGQ#